Het College voor de Rechten van de Mens doet uitspraak over een klacht van een Roemeense man die in augustus 2015 door een huiseigenaar geweigerd werd als huurder van een woning in Deventer, omdat hij geen Nederlands spreekt. De bemiddeling werd toen door een makelaar uit Deventer gedaan. Die bracht toen deze afwijzing over en beëindigde de bemiddeling. Het College bepaalt dat de makelaar een eigen verantwoordelijkheid heeft om de normen van de gelijke behandelingswetgeving na te leven. De makelaar heeft een zorgplicht om zich voor de man in te spannen. Dat heeft de makelaar niet gedaan, maar hij verdedigt zich door te stellen dat hij niet verantwoordelijk is voor het onderscheid. Het College stelt dat hij indirect onderscheid heeft gemaakt op grond van ras door de Roemeense man niet langer te bemiddelen voor een bepaalde huurwoning.
Terug naar het overzicht