Home » Kroniek » 01-11-2016 | Uden – 16909
*

Het College voor de Rechten van de Mens doet uitspraak in een zaak van een Marokkaanse man die in januari 2016 afgewezen werd bij een sollicitatie bij in Uden. Het bedrijf twijfelde of hij wel legaal bij hen kon werken met zijn verblijfsvergunning en stelde een onderzoek in. De man heeft een afhankelijke verblijfsvergunning waarop staat “verblijf bij echtgenote“, maar ook “arbeid vrij toegestaan“. Toch liepen er onderzoeken van de inspectie tegen het bedrijf vanwege eerdere gevallen met deze verblijfsvergunningen. Hierom stelt het College dat er wel sprake was van indirect onderscheid op grond van nationaliteit, maar dat dit gerechtvaardigd was. De aantekening “arbeid vrij toegestaan” geeft het bedrijf kennelijk onvoldoende garantie dat dit ook zo gehanteerd wordt.

Terug naar het overzicht