Op 4 mei 2016 8 uur ’s avonds staat Nederland twee minuten stil, herdenkt de Shoah en de doden uit de Tweede Wereldoorlog. In Leiden kreeg deze herdenking een bijzonder naargeestig karakter door een even smerige als provocatieve bijdrage van de rechtsextremisten van Identitair Verzet.
Identitair Verzet had zich klaarblijkelijk officieel gemeld voor de Leidse Dodenherdenking en werd zodoende op de avond van 4 mei door de ceremoniemeester uitgenodigd om samen met de Gemeente en andere maatschappelijke organisaties een krans neer te leggen. De krans van Identitair Verzet was echter versierd met een lint met de tekst ‘Nooit meer, Broederoorlog’. Deze oproep is een bekende internationale strijdleus (‘Nie wieder Bruderkrieg’, ‘No more brother wars’) uit het neonazistische circuit. De strekking van deze leus is dat de Tweede Wereldoorlog niet door Hitler-Duitsland is begonnen, maar het gevolg was van een Joods complot om de Europese broedervolken tegen elkaar op te zetten. Met als gevolg dat de Europese ‘Arische broedervolken’ elkaar bevochten en niet samen tegen de echte vijand, de Joden, ten strijde trokken.
Dodenherdenking en Bevrijdingsdag, 4 en 5 mei, zijn al sinds 1945 lastige dagen voor extreemrechts om mee om te gaan. Het einde van de nazistische en fascistische dictaturen in Europa. Het begin van de strafrechtelijke afrekening met collaborerende nationaalsocialisten. En de start van een decennialang maatschappelijk isolement van de extreemrechtse politieke ideologieën, het nationaalsocialisme en het fascisme, die aan de basis van deze oorlog, onderdrukking en massamoord stonden.
4 en 5 mei zijn normaal gesproken niet de dagen dat extreemrechtse groepen hun doden en oorlogsgeschiedenis herdenken. Daar kiezen ze andere gelegenheden voor. Zo zijn er de afgelopen decennia met enige regelmaat dodenherdenkingen geweest op grote oorlogsbegraafplaatsen waar de ‘eigen’ helden van extreemrechts begraven liggen, SS’ers, Wehrmacht-soldaten en collaborerende Nederlanders. Daarnaast worden er herdenkingen gehouden op historisch belangrijke data, zoals de geboortedag van Hitler (20 april) en de dag van de mislukte Bierkeller-Putsch (9 november).
Maar op 4 en 5 mei zelf houden rechtsextremisten zich dus bijna altijd gedeisd. Bijna altijd, want er zijn de afgelopen jaren een aantal extreemrechtse acties geweest, waarbij met name de dodenherdenking doel was van bijzonder onsmakelijke provocaties.
In 1985 was de Nederlandse Volks-Unie (NVU), voor zover ons bekend, de eerste extreemrechtse organisatie die op 4 mei een provocatieve actie organiseerde. In Rotterdam werden op die dag pamfletten verspreid waar voor eerherstel van NSB-leider Mussert werd gepleit.
De leden van de NVU en het Jongeren Front Nederland (JFN) die de pamfletten verspreidden droegen voor de gelegenheid zwarte hemden, een verwijzing naar hun politieke identiteit. In 1986 herhaalde het JFN deze actie in Arnhem. Ze deelden wederom pro-Mussert pamfletten uit en plakten deze pamfletten ook aan de muren van het plein waar later op de dag de dodenherdenking plaats zou vinden.
Maar meer recent lieten extreemrechtse organisaties de Dodenherdenking en Bevrijdingsdag ook niet altijd in stilte voorbij gaan.
In 2005 organiseerde Paul Peters, namens Voorpost, en in samenwerking met een groep lokale jonge rechtsextremisten van het Soetermeer Skinhead Front (SSF) in Zoetermeer een bijeenkomst op 5 mei onder het motto ’60 jaar bezetting’. Zij suggereerden daarmee dat 5 mei 1945 het begin van een bezetting was in plaats van het einde. Paul Peters is ook de oprichter van Identitair Verzet, nadat hij in 2012 uit Voorpost was gestapt.
In 2006 bekladden enkele jonge neonazi’s op 4 mei het oorlogsmonument in het dorpje Klaaswaal, waar de dodenherdenking daarvoor had plaatsgevonden. Ze schilderden een hakenkruis en de neonazileus ‘Wir sind Zurück’ en gooiden kransen die waren neergelegd op de grond. De hoofddader van deze vernieling, Karl-Jan Walle, is de afgelopen jaren een van de kopstukken van de Vrije Nationalisten Noord-Brabant (VNNB).
In 2007 plakten neonazi’s in Zwolle een groot aantal stickers met extremistische boodschappen op 5 mei. Op hun website verklaarde de groep dat het een protest was tegen Bevrijdingsdag. Ze willen namelijk een eind maken aan de ‘sinds 5 mei 1945 durende Amerikaans-Zionistische bezetting’.
In 2009 verstoorde een groep aan Blood & Honour gelieerde neonazi’s de dodenherdenking in Winschoten met lawaai en ringtones. Ze stelden dat dit een protest was, omdat zij zelf ook de SS niet mogen herdenken.
Op 4 mei 2014 verspreidt de VNNB in Den Bosch pamfletten tegen de ‘zionistische onderdrukking van het Palestijnse volk’ met de leus ‘Stop de Palestijnse Holocaust!’.
In aanloop naar 4 mei 2016 publiceerde diezelfde VNNB een oproep op haar website om niet mee te doen aan de twee minuten stilte. In dat artikel stelde de schrijver: ‘Het Nederlandse perspectief op de Tweede Wereldoorlog is er een van benauwdheid en kortzichtigheid. De Tweede Wereldoorlog begon niet op 1 september met het regionale conflict tussen Polen en Duitsland, maar op 3 september, toen de Brits-Franse oorlogsverklaring de Tweede imperialistische wereldoorlog tegen het (dmv het Versailles dictaat) onderdrukte Duitse volk ontketende!’
In deze traditie van smakeloze neonazistische provocaties moet voortaan ook Identitair Verzet genoemd worden.