Combat 18 Nederland (C18 Nederland) is een onbekende, kleine en schimmige organisatie die in 1997 is opgericht. In navolging van C18 Engeland, waar de oorsprong van deze organisatie ligt probeert een wisselende groep Nederlanders het gedachtegoed van deze
nazistische terreurorganisatie uit te dragen. Eén persoon vormt de rode draad, en de focus van C18 wisselt.
Het is oktober 1996. Ajax speelt tegen de Schotse Glasgow Rangers en verschillende groepjes Glasgow aanhangers lopen door het centrum van Amsterdam. “Get the black bastards” roepen ze. Enkele zwarte mensen worden in elkaar geslagen en winkels waar zwarte mensen werken worden vernield. Verschillende Glasgow-hooligans dragen T-shirts van
C18. Dit racistisch geweld is waarschijnlijk de eerste kennismaking van Nederland met C18. Schokkend, beangstigend en pijnlijk voor de meesten. Inspirerend voor enkelen. Nog geen half jaar later richt een aantal mensen uit de regio Rijnmond een Nederlandse afdeling van C18 op. Deze organisatie gaat zich richten op het bestrijden van tegenstanders van extreemrechts. Maar, en dat is kenmerkend voor C18, de organisatie heeft ook een duidelijke positie in het verdeelde nazistische krachtenveld in Nederland. 18 Nederland moet een tegenhanger worden van de in opkomst zijnde Hammerskin-beweging die zich in hun ogen niet (genoeg) met politiek bezighoudt.
Wat is C18?
C18 maakt deel uit van het internationale nazistische netwerk Blood&Honour (B&H). Dit netwerk kent zijn oorsprong in de Engelse nazi-muziek-scene van de jaren ’70 en ’80. De politieke partij het National Front (NF) weet in die tijd via extreemrechtse skinheadmuziek veel jongeren aan zich te binden. Naast nieuwe leden en activisten, levert de muziek ook veel geld op. De verdeling van dit geld roept dusdanig veel spanningen op, dat het NF en de
muzikale tak ieder hun eigen weg gaan. In 1987 komt Blood&Honour hieruit
voort. Ian Stuart Donaldson en zijn band Skrewdriver vormen het middelpunt van deze beweging, die zich in feite met dezelfde activiteiten bezighoudt. Het
organiseren van concerten en het uitgeven van extreemrechtse muziek “om de boodschap van Hitler” over te brengen bij jongeren. Dit resulteert aanvankelijk in een reeks concerten van nazi bands in Engeland en het uitgeven van een kwartaalblad met concertverslagen en advertenties voor hakenkruisvlaggen. In de jaren erna worden in allerlei landen B&H-divisies opgericht. Allen openlijk nationaal socialistisch en min of meer met elkaar
samenwerkend. In 1992 ontstaat vanuit het Engelse B&H-netwerk de organisatie C18. De cijfers van de naam van deze organisatie verwijzen naar de eerste en achtste letter van het alfabet, de initialen van Adolf Hitler. Als logo neemt de groep de afbeelding van een doodshoofd zoals deze door een divisie van de Waffen SS werd gebruikt. C18 houdt zich bezig met het beveiligen van extreemrechtse bijeenkomsten. In hun analyse verkeert de samenleving in een dusdanig ernstige situatie, dat het water aan de lippen staat. Het gebruik van geweld is daarom noodzakelijk en gewenst. Om het ‘blanke ras’ te redden en een nationaal-socialistische heilstaat te vestigen, is het tijd voor actie. Geen woorden maar daden. C18 houdt zich daarom ook bezig met het bedreigen en mishandelen van linkse politieke tegenstanders en willekeurige migranten. Er volgen aanslagen met brandbommen, gewapende gevechten en vernielingen van Aziatische winkels. De organisatie maakt in korte tijd faam in nazikringen. Analoog aan de ontwikkeling van B&H ontstaan er dan ook C18-afdelingen in verschillende landen. Deze afdelingen richten hun blik, net als hun Engelse voorbeeld, niet alleen op buitenlanders en antifascisten. De C18-afdelingen zijn niet te beroerd hun eigen nest te bevuilen en bekritiseren regelmatig andere organisaties uit het extreemrechtse spectrum. Die zouden niet radicaal genoeg zijn, slechts bier willen drinken, muziek willen luisteren en willen feesten. Geheel in de geest van de gewelddadige ideologie van C18 neemt deze kritiek niet de vorm aan van een goede discussie of overleg. De onmin leidt tot een aanhoudende orgie van geweld. Onderlinge vechtpartijen, het versturen van bombrieven en een mislukte moordpoging hebben de geconstateerde problemen niet opgelost, in tegendeel.
C18 Nederland
De bovenstaand beschreven ellende weerhoudt een groep Nederlanders er niet van een eigen afdeling van C18 op te zetten. Rond maart 1997 richt een aantal mensen afkomstig uit de CP’86 en het Aktiefront Nationale Socialisten (ANS) uit de regio Rijnmond C18 Nederland op. Een leidende rol in deze groep is weggelegd voor de naziskin en drummer van de band Landstorm Ed Polman (1973) uit Rotterdam.
Hij is op dat moment een van de meest actieve naziskinheads in deze regio en is praktisch bij elke extreemrechtse actie in Nederland aanwezig. In Rotterdam verzamelt hij een groep jonge skinheads om zich heen om samen acties uit te voeren en demonstraties en concerten in binnen- en buitenland te bezoeken. Op straat worden gewelddadige confrontaties met migranten gezocht. Daarnaast wordt op B&H-concerten de beveiliging door C18 verzorgd. Kortom, typische C18 activiteiten vanuit de groep rondom Polman. Twee jongere skinheads die binnen C18 een prominente rol gaan spelen zijn de Rotterdammer Robin van Opstal (1981) en Arris de Bruin (1981) uit Spijkenisse. Zij brengen met hun gewelddadige gedrag en hun voorliefde voor vuurwapens een nieuwe dimensie binnen de organisatie.
Gewapende strijd
Het is mei 2002. Pim Fortuyn is vermoord. Nederland is geschokt. De linkse politieke partijen, in het bijzonder de PvdA, liggen onder vuur. Lijsttrekker Ad Melkert wordt bedreigd en krijgt een doorgeladen pistool per post opgestuurd. In deze hectische periode trekt de groep rond Polman de bijzondere aandacht van de AIVD. Zij zijn bezig met het verzamelen van adressen van linkse politici en willen gewelddadige acties tegen hen ondernemen. Wanneer Polman telefoneert met de extreemrechtse wapenhandelaar Maarten van Mil (1965) over een onduidelijke handel, duurt het niet lang voor hij samen met een aantal andere mensen uit zijn groep wordt gearresteerd. Polman wordt aan de tand gevoeld over de bedreigingen aan het adres van onder meer Melkert, maar de arrestatie leidt uiteindelijk niet tot een strafzaak. Deze overheidsbemoeienis met C18 leidt op dat moment niet tot grote problemen binnen de organisatie, of een gewijzigde strategie. Het geweld op straat blijft aanhouden, onder meer in de vorm van ‘negerjachten’. Arris de Bruin wordt in 2003 tot vier maanden cel veroordeeld vanwege een mishandeling. Samen met een vriend ontmoet De Bruin een man in zijn straat. De vriend zegt tegen de man dat hij “moet oprotten naar zijn eigen kankerland en achter de joden aan gaskamers in moet.” Vervolgens wordt het slachtoffer in elkaar geschopt.
Een jaar later zijn De Bruin, Van Opstal en Polman betrokken bij een racistische mishandeling. Zij lopen in het Duitse plaatsje Selm twee allochtonen tegen het lijf. Wanneer een van de twee allochtonen even weg is wordt de ander door de drie nazi’s aangevallen. De twee mannen slaan echter hard van zich af en Van Opstal probeert de man vervolgens overhoop te rijden met zijn auto. De politie komt erbij. Uiteindelijk weet Polman aan een arrestatie te ontkomen. De Bruin wordt vrijgesproken en Van Opstal krijgt vijf maanden cel en een fikse boete. Het racistische geweld op straat is niet hun enige activiteit. De C18-groep is op demonstraties van de Nederlandse Volksunie (NVU) prominent aanwezig als ordedienst. De NVU voert op dat moment een zogenaamde ‘consensus politiek’ die erop gericht is legale demonstraties te houden. Hierbij worden concessies gedaan aan de lokale overheid. De NVU accepteert dat bepaalde uitingen niet mogen worden geroepen en legt zich neer bij aangepaste demonstratieroutes. Deze strategie kan geen goedkeuring van C18 dragen, maar dat is geen reden weg te blijven bij de NVU-demonstraties. Zij blijven actief als ordedienst, hopend op een ‘verzetje’ met antifascisten en de politie. Tegelijkertijd blijft C18 een eigen koers varen en blijft de blik op het gewapend verzet te liggen. Met verschillende mensen wordt op de Maasvlakte geoefend in het omgaan met vuurwapens. Wanneer een arrestatie team in maart 2007 de woning van Arris de Bruin binnenvalt wordt hier een aanzienlijke hoeveelheid wapentuig aangetroffen. Vuurwapens, munitie, kogelvrije vesten, een machinegeweer en verschillende spijkerbommen worden in beslag genomen. In het opsporingsonderzoek blijkt De Bruin zelfs bezig te zijn geweest met aankoop van een bazooka. De Bruin verdwijnt achter tralies en Van Opstal ondersteunt zijn kameraad door zijn girorekening open te stellen voor giften aan De Bruin. Daarnaast onderhoudt hij contact met De Bruin door hem te bezoeken en met hem te bellen. Zes weken na de arrestatie van De Bruin valt de politie binnen bij Van Opstal en Maarten van Mil, de extreemrechtse wapenhandelaar waar Polman in 2002 reeds contact mee had. De Bruin blijkt, in samenspraak met Van Opstal, aan de politie te hebben verklaard dat de wapens bij Van Mil vandaan komen. Het klopt inderdaad dat Van Mil vanuit zijn bus wapens heeft verkocht aan De Bruin. Een aanzienlijk deel van de wapens is echter afkomstig van de buurman van De Bruin, een beroepsmilitair. Toch heeft Van Mil er blijkbaar niet aan gedacht dat hij naar aanleiding van deze arrestatie in het zicht kan komen van Justitie. Daarom vergeet hij zijn huis netjes op te ruimen wat hem een veroordeling voor 12 maanden cel wegens illegaal wapenbezit oplevert. Het verraden van Van Mil levert de twee vrienden in elk geval een hoop kritiek op. Dat Van Mil zou zijn ‘opgeofferd’ om C18 uit de wind te houden weerhoudt de NVU er niet van De Bruin als laffe spijtoptant neer te zetten in het partijblad. Een mening die blijkbaar breed wordt gedeeld. Tijdens een van de rechtszaken die volgt zijn zowel Van Mil als de Bruin aanwezig, en de spanning is om te snijden. Van Opstal dient hier net als De Bruin aanwezig te zijn als getuige. Hij kiest er voor deze ongemakkelijke situatie te ontvluchten en komt verschillende keren niet opdagen. Uiteindelijk wordt hij door de politie van zijn bed gelicht om gedwongen in de rechtbank aanwezig te zijn. Al met al zijn beide heren sinds deze affaire van het (zichtbare) politieke toneel verdwenen. Het is tijd voor een nieuwe generatie.
The next generation
De ruimte die binnen C18 Nederland is ontstaan biedt mogelijkheden voor nieuwe activisten. Een aantal jonge mannen profileert zich in die tijd al langer via het internet als C18 aanhangers. Daarnaast nemen ze regelmatig deel aan nazi demonstraties in binnen- en buitenland. Zij krijgen toestemming van Ed Polman om C18 Nederland voort te zetten. De twee belangrijkste personen in deze nieuwe groep zijn de persoonlijke vriend van Polman, T.V. en Arnoud Kuipers (1990). Kuipers wordt de woordvoerder en leider van C18 en woont op dat moment in Oud Turnhout in Vlaanderen. Met hem wordt een aantal Vlamingen lid van de organisatie en neemt men de naam C18 Nederland&Vlaanderen aan. Al snel worden verschillende activiteiten georganiseerd. In de beginjaren stelde C18 Nederland zich nog op als tegenhanger van de ‘a-politieke’ Hammerskin-beweging. Nu stelt men zich hierin aanvankelijk anders op.
Zij zien de leden van B&H-Traditional (een beweging die door C18 doorgaans voor domme en a-politieke zuiplappen wordt uitgescholden) als potentiële medestanders en zoeken toenadering. Op een C18-bijeenkomst in een zaal in Veenendaal wordt de mislukte staatsgreep van Adolf Hitler herdacht. Naast dat Constant Kusters van de NVU wordt uitgenodigd om een lezing te houden, zijn de leden van B&H-Traditional uitgenodigd voor het avondprogramma. Deze uitnodiging is een poging de gevoeligheden tussen beide groepen weg te werken en samenwerking in de toekomst mogelijk te maken. Op het moment dat een dronken Traditional-lid “C18 Wankermachine” (variatie op C18 Terormachine) begint te brullen en een vriendin van een C18-lid een Traditional-lid voor ‘neger’ uitmaakt zijn alle goede bedoelingen van C18 niets meer waard. Er ontstaat een grote vechtpartij die diepe groeven tussen beide groepen slaat en bovendien een scheuring binnen B&H-Traditional veroorzaakt.
C18 blijft als groep bij elkaar en richt een kritische interne blik op de extreemrechtse beweging. Op het moment dat een groep mensen een ‘Rock voor Dietsland’-concert organiseert in het dorpje Delden te Overijssel besluit C18 actie te ondernemen. De kopstukken Tim Mudde en Wijnand de Putter zullen hier aanwezig zijn, en zij hebben zich in het openbaar negatief uitgelaten over nationaalsocialisten en B&H. Op het moment dat een groep C18-leden in vol ornaat en met vechthandschoenen bij het concert binnendringt, blijft de gewenste gewelddadige confrontatie uit. Na een kort gesprek druipt C18 af. Een actie die tot groots gezichtsverlies leidt binnen de beweging. Het lukt C18 wel om als groep aanwezig te zijn op NVU-demonstraties maar andere activiteiten lopen zacht gezegd niet op rolletjes.
Alle verraders dood!
Langzaam aan ontstaan er fricties binnen de groep. T.V. is uit op de leidende positie van de jongere Arnoud Kuipers. Om deze positie te verwerven begint hij begin 2009 op omslachtige wijze Kuipers zwart te maken. Onder pseudoniem neemt hij contact op met Kafka om te vertellen dat Kuipers een linkse vriendin heeft. Een doodzonde binnen C18. Ook op een linkse actie website verspreidt T.V. dit verhaal. Deze dolksteek in de rug veroorzaakt een scheuring binnen de groep, waardoor er momenteel twee organisaties bestaan die menen aanspraak te kunnen maken op de naam C18. Dat leidt tot een onderlinge strijd. Wanneer T.V. in februari 2009 deelneemt aan een NVU-demonstratie is Kuipers hier ook aanwezig. T vreest door Kuipers te worden neergestoken en draagt op deze demonstratie daarom beschermende kleding. Daarnaast heeft hij zijn vriend, politiek adviseur en mede body-builder Tom Beune meegenomen, die in moet grijpen wanneer de situatie uit de hand zal lopen. Kuipers negeert zijn voormalige kameraad echter en weet zich gesteund door het altijd prominent aanwezige NSA-blok van Alwin Walther en Michael Krick. In deze periode is het niet erg duidelijk wie zich bij welke afsplitsing heeft aangesloten. Zo sluit Barry Kluft, die de voorraad van de C18-webwinkel beheert zich aanvankelijk aan bij V., maar keert later terug bij Kuipers. En wanneer Kuipers een C18-concert in Vlaanderen organiseert is ook niet alles wat het lijkt. Voorafgaand aan het concert komt Kuipers met een aantal kernleden samen in een café in het Vlaamse Rijkevorsel. Onder meer Brian Nijman is hierbij aanwezig. Achteraf blijkt dat zijn aanwezigheid enkel diende om deze geheime locatie per sms door te geven aan T.V., Tom Beune en Danny Janssen die samen met een aantal geestverwanten vervolgens het café aanvallen. Door alle ramen in te gooien, Kuipers een aantal klappen te verkopen en te schreeuwen dat alle verraders dienen te sterven, geeft deze fractie hier een duidelijk signaal af: Er bestaat hier maar één groep die de naam C18 mag dragen. Volgens geruchten heeft V. hierna een tijd onderdak gezocht bij Ed Polman om zo veilig te zijn voor de eventuele reactie van Kuipers.
In dit conflict zijn nog meer situaties voorgevallen en het is niet te verwachten dat dit snel ophoudt. Beide fracties worden gesteund door verschillende divisies uit andere landen. V. vindt ondersteuning bij zijn Duitse vrienden uit de scene rondom de band Oidoxie, waar hij basgitaar speelt. Verder krijgt hij steun vanuit de Nationale Jeugd Nederland (NJN). Kuipers wordt gesteund door het Nederlandse NSA , door sommige Vlamingen en een B&H-divisie uit Servië. En zo is de situatie ontstaan dat het zwaartepunt van de activiteiten van C18-Nederland ligt bij het bestrijden van elkaar. Buitenstaanders zullen waarschijnlijk nog een tijd kunnen kijken naar hetzelfde gespetter in hetzelfde badje. Met de volhardendheid van beide fracties, de getoonde bereidheid tot het gebruik van geweld en hun revolutionaire nationaalsocialistische politieke agenda mag het potentiële gevaar van dergelijke groepen echter niet onderschat worden. Niet in de laatste plaats vanwege de rol die de door de wol geverfde Polman nog steeds op de achtergrond speelt.